web analytics

Une intervention d’Aphrodite. Traduire Les deux Beune

Le trouble provoqué par une lecture, un mélange de malaise, de fascination et d’euphorie qui oblige à différer le jugement qu’on porte sur ce qu’on lit, voilà ce que j’ai appris à distinguer comme la marque de fabrique des grands textes. C’est ce trouble dont j’ai naguère été saisi à mes lectures de Vies minuscules et de Rimbaud le fils. C’est aussi celui qui m’a accompagné en traduisant Les deux Beune en néerlandais.

La Grande Beune, la nouvelle qui constitue le première partie du roman, paraît en 1996. Je l’ai traduite en 1997. Pour éviter la diphtongue ‘beun’, qui pour un néerlandais ne fait pas penser au nom d’une rivière mais à un banneton ou à du travail clandestin, j’en ai changé le titre en De hengelaars van Castelnau (‘Les pêcheurs de Castelnau’).… > Lees verder

Bij het verschijnen van Het stroomdal van de Beune

Over Pierre Michon pleeg ik te zeggen dat hij mijn fetisjauteur is. Alle substantiële titels uit zijn oeuvre heb ik intussen vertaald; het vertalen van zijn werk beschouw ik zonder meer als mijn mooiste literaire love story. Niet voor niets is Michons werk in het Nederlands taalgebied intensiever vertaald dan in enige andere literatuur. Toen in 2023 zijn roman Les deux Beune verscheen, was dat niet alleen groot nieuws voor de Franse literaire pers, maar ook voor mij.

Pierre Michon (geboren 1945) publiceert spaarzaam. Les Onze, zijn voorlaatste nieuwe titel, dateert van 2009, en mijn voorlaatste vertaling, Koningslichamen, van 2016.… > Lees verder

Wit en rood: over Michons La Grande Beune

La Grande Beune (1996) is de enige tekst van Pierre Michon die ondubbelzinnig tot de verbeeldingsliteratuur behoort. Al zijn andere boeken, van Vies minuscules (1984) tot het onvoltooide Les Onze, gaan over bekende of onbekende mensen die echt hebben bestaan, en dat is geen toeval: ‘Nieuwe levens en nieuwe doden scheppen vind ik zinloos,’ zegt de schrijver in een interview, en hij associeert die oerhandeling van het romaneske genre met solfer en duivelskunsten. Bij de lezer van La Grande Beune zal dat weinig verbazing wekken, want de hele novelle is doortrokken van zwaveldampen en kwaadaardige wasems. Meteen al aan het begin van het eerste hoofdstuk vergelijkt de verteller, een naamloze jonge onderwijzer, zichzelf met de duivels die de kringen van de hel bevolken:

Tussen Les Martres en Saint-Amand-le-Petit ligt het dorp Castelnau, aan de Grande Beune.

> Lees verder

Pierre Michon, De hengelaars van Castelnau, (fragment)

Tussen Les Martres en Saint-Amand-le-Petit ligt het oude dorp Castelnau, aan de Grande Beune. In 1961 werd ik in Castelnau benoemd; ook duivels worden benoemd, neem ik aan, in de lagere Hellekringen; en al bokkesprongen makend vorderen ze naar het gat van de trechter zoals wij afglijden naar ons pensioen. Ik was nog niet helemaal op het laagste punt beland, het was mijn eerste standplaats, ik was twintig. Er stoppen geen treinen in Castelnau, het is ver van de wereld; autobussen die ’s ochtends uit Brive of Périgueux zijn vertrokken lossen je er laat op de dag, aan het eind van hun ronde.… > Lees verder