web analytics

Encyclopédie, artikel ‘Kaukasus’

Bergketen die begint boven Colchis en eindigt bij de Kaspische Zee. Dit was de plaats waar de lever van de geketende Prometheus werd verscheurd door een gier of een adelaar. Als we Philostratus mogen geloven, namen de bewoners van de streek die mythe letterlijk en voerden oorlog tegen adelaars, haalden de jongen uit de nesten en doorboorden ze met brandende pijlen. Of ze zagen er juist, zoals Strabo zegt, een zinnebeeld van de erbarmelijke toestand van de mens in en rouwden daarom wanneer er kinderen werden geboren en vierden feest als ze stierven. Geen enkele christen die werkelijk diep doordrongen is van de waarheden van zijn godsdienst, kan het voorbeeld van de bewoners van de Kaukasus negeren en niet blij zijn met de dood van zijn kinderen.… > Lees verder

Encyclopédie, artikel ‘Adelaar’

[…] De adelaar is een vogel die aan Jupiter is gewijd sinds de dag dat er als gunstig voorteken een adelaar verscheen toen die god de auguren van het eiland Naxos had geraadpleegd over de afloop van de oorlog die hij ging voeren tegen de titanen. Men zegt ook dat de adelaar hem als kind ambrozijn bracht, en dat de god hem later als beloning voor zijn toewijding tussen de sterren plaatste. Op afbeeldingen van Jupiter zien we de adelaar nu eens aan de voeten van de god, dan weer aan zijn zijde, en bijna altijd draagt hij de bliksem in zijn klauwen.… > Lees verder

Encyclopédie, artikel ‘Kordelier’

KORDELIER, geestelijke in de orde van Sint-Franciscus van Assisi, gesticht aan het begin van de dertiende eeuw. De kordeliers gaan gekleed in een lang, grijs wollen gewaad. Ze hebben een kleine kap of kaproen, een mantel van dezelfde stof en een koord om hun middel dat met drie knopen is vastgemaakt, vandaar de naam kordeliers. Ze heetten aanvankelijk mindere armen, maar vervingen die naam door mindere broeders – dat arm beviel ze niet. Toch hebben ze als eersten het bezit van alle tijdelijke eigendommen opgegeven. Ze kunnen lid zijn van de theologische faculteit van de Sorbonne. Velen van hen zijn bisschop, kardinaal of zelfs paus geweest.… > Lees verder

Encyclopédie, artikel ‘Monnikskap’

MONNIKSKAP, kledingstuk dat wordt gebruikt door de bernardijnen, de benedictijnen enzovoort. Er zijn twee typen monnikskap: een witte, zeer wijde, die men bij ceremoniële gelegenheden draagt, en een zwarte, die deel uitmaakt van het gewone habijt.

Mabillon[ref]Jean Mabillon (1632-1707), Franse benedictijn, auteur van talrijke historische, filosofische en religieuze geschriften.[/ref] beweert dat de monnikskap en de scapulier oorspronkelijk één en hetzelfde ding waren. Maar de auteur van de apologie van keizer Hendrik IV onderscheidt twee soorten monnikskap: de ene was een gewaad met mouwen dat het lichaam van hoofd tot voeten bedekte, en dat men droeg op belangrijke dagen en bij belangrijke gelegenheden; de andere was een soort schoudermanteltje voor alledaags gebruik.… > Lees verder

Michel Houellebecq, ‘De wereld als markt en strijd’, fragment

‘Plotseling kon het me niets meer schelen dat ik niet modern was.’
– Roland Barthes

Zaterdagochtend vroeg vind ik op het stationsplein een taxi die me wel naar Les Sables-d’Olonne wil brengen. Bij het verlaten van de stad rijden we door een reeks nevelbanken, en na het laatste kruispunt duiken we in een ondoordringbaar, volmaakt mistmeer. De weg en het landschap zijn volledig ondergedompeld. Er valt niets te onderscheiden, behalve van tijd tot tijd een enkele boom of koe die een moment lang wazig uit de leegte opdoemt. Het is erg mooi. Wanneer we bij de zee aankomen klaart de lucht abrupt, in één klap op.… > Lees verder

Benjamin Constant, Adolphe, fragment

Jaren geleden maakte ik een rondreis door Italië. Door een overstroming van de Neto werd ik opgehouden in een herberg in Cerenzia, een klein dorpje in Calabrië. Er bevond zich in die herberg een vreemdeling die er om dezelfde reden bleek te moeten verblijven. Hij was bijzonder zwijgzaam en leek terneergeslagen; hij gaf geen enkel teken van ongeduld. Soms beklaagde ik me bij hem, de enige met wie ik op die plaats kon praten, over de vertraging die onze reis ondervond. ‘Het is mij om het even of ik hier of ergens anders ben,’ antwoordde hij. Onze waard, die had gesproken met een Napolitaanse knecht die voor de vreemdeling werkte zonder zijn naam te kennen, vertelde me dat hij niet uit nieuwsgierigheid reisde, want hij bezocht geen ruïnes, geen mooie plekjes, geen monumenten en geen mensen.… > Lees verder