Beeldend kunstenaar, schrijver, souffleur, experimentator, actief in Brussel in de jaren 90 van de twintigste eeuw. Werd in de jaren ’90 onder uiteenlopende identiteiten waargenomen in Brussel.
Hoewel Aladdin tot op de dag van vandaag verstoken is gebleven van erkenning, verdient hij bijzondere vermelding als artistiek vernieuwer, of toch tenminste als uitvinder van de spiegeldruktechniek. Het procédé is eenvoudig. Met veelal donkere olieverf – sepia, aubergine, roestbruin enzovoort – wordt een vorm op het vlak van een spiegel geschilderd, die vervolgens wordt afgedrukt op een vel papier. Zo ontstaat een afdruk van een afdruk, een tweedegraadsafbeelding, die reminiscenties oproept aan de monochrome Anthropométries van Yves Klein. Spiegelprenten kennen een bijzondere oppervlaktewerking. Het is alsof de spiegel alle diepte opslokt en de derde dimensie zich onder geen beding wil laten afbeelden.
Aladdin beperkte zijn experimenten met deze techniek tot het genre van de zelfportretten. Hij portretteerde zichzelf van navel tot kruin, ten voeten uit, in vooraanzicht, zijaanzicht, naakt, schaars of geheel gekleed, gezeten, gehurkt, geknield of gebogen, met of zonder rekwisiet, rokend, lezend, etend, masturberend, denkend, dromend, quasi-slapend – een onafzienbare reeks poses, die in hun caleidoscopische verscheidenheid en monomane ik-gerichtheid een beklemmend effect hebben op de kijker. Intrigerend is dat Aladdins prenten, net als in een tarotspel, aan hun volgorde een raadselachtige betekenis lijken te ontlenen, een suggestie van heimelijke erotische obsessies. Ook de stelselmatige afwezigheid van de buiten beeld blijvende hand die het penseel hanteert, roept vragen op. Een freudiaans interpretatiekader zou hier wellicht enig houvast kunnen bieden. Of Aladdin nog verdere impulsen zal geven aan de ontwikkeling van deze veelbelovende druktechniek is onduidelijk. Zijn spiegelprenten worden beheerd door een Brusselse galerie zonder ooit te zijn tentoongesteld. De galerie in kwestie richt zich uitsluitend nog op de abstracte schilderkunst van bekende meesters.
Alladins naam werd ook enige tijd in verband gebracht met de raadselachtige verdrinkingsdood van een oude man in de kelder van een vervallen pakhuis in Sint-Gillis (Brussel). De kelder deed dienst als geluidsstudio en was verbonden met een netwerk van microfoons, aangebracht op zesendertig kennelijk willekeurige plekken in de stad. Over deze zogenaamde unimedia-installatie is verder niets bekend. [RH]
- Piet Joostens, Aladdin in Brussel, 1998.
[Lemma uit Koen Brams, Encyclopedie van fictieve kunstenaars (Nijgh & Van Ditmar, 2000), © Rokus Hofstede]